Huis Barnaart
Nieuwe Gracht 7, 2011 NB Haarlem, Noord-Holland
Bekijk op kaartIn 1804-1808 liet de vermogende koopman jhr. Willem Philip Barnaart aan de Nieuwe Gracht in Haarlem een herenhuis optrekken in de stijl van het Neoclassicisme naar ontwerp van de Amsterdamse stadsarchitect Abraham van der Hart.
Medio 2021 is Huis Barnaart met zijn prachtige interieurs in Empirestijl geopend als Museumhuis.
De imposante voorgevel van het huis heeft in het midden vier klassieke Ionische pilasters van Bentheimer zandsteen rond een toegangspartij met een hoge, dubbele stoep. De vensters hebben elegante smeedijzeren hekjes voor de ramen. De gevel wordt bekroond door een klassiek fronton, met daarin een rondboogvenster.
Bij binnenkomst in de hal imponeert het marmer op de vloer. De representatieve vertrekken zijn rondom de hal gegroepeerd. Architect Abraham van der Hart was vermaard om zijn interieurs, waarbij in dit geval gekozen werd voor de uiterst modieuze, kleurrijke en exotische Empirestijl, de stijl van Napoleon Bonaparte.
De eerste kamer aan de rechterkant van de hal is de 'Etrurische Kamer'. Deze is gedecoreerd met mythologische voorstellingen, vaasvormen en bladranken uitgevoerd in gebronsd groen en oranje. De schilderingen zijn in 2015 voorzichtig schoongemaakt en hersteld. Op basis van archiefonderzoek is de roze en blauwe zijden stoffering van de kamer, met kenmerkende draperieën, weer aangebracht. De plaats van de draperieën kon worden bepaald aan de hand van sporen van oude spijkergaatjes in de wand.
De 'Gouden Zaal', gelegen tussen de Etrurische kamer en de Erkerzaal, heeft nog de originele goudgele zijden wandbespanning en is gedecoreerd met kenmerkende Empire-motieven als palmetten (gestileerde palmbladeren), gebundelde pijlen en gedrapeerde gordijnen voor de ramen. De bovendeurstukken zijn gemaakt door Adriaan de Lelie, kunstschilder uit Amsterdam.
Naast de originele wandbespanning is in deze zaal ook het oorspronkelijke ameublement aanwezig, bestaande uit canapés, fauteuils en stoelen. Het ameublement werd in 2019 zorgvuldig gerestaureerd en opnieuw gestoffeerd. Een paar stoelen heeft nog de originele stoffering. De meubelen waren in een unicum in hun tijd; ze werden geheel verguld en, mat en gepolijst, en voorzien van een velours bekleding. Nadien vond dit ameublement navolging in het Paleis op de Dam.
De daaropvolgende 'Erkerzaal' heeft wanden met scagliola (imitatiemarmer, gepolijst stucwerk) in rood en groen. Prachtige marmeren schouwen, Empire meubelen en fraaie kolomkachels vervolmaakten het geheel. Vanwege de bijzondere inrichting, de materialen en subliem toegepaste technieken, diende als voorname logé in 1807 dan ook koning Lodewijk Napoleon aan. Aan het einde van de tuin staat een koetshuis uit de 18de eeuw, hoogstwaarschijnlijk ontworpen door Leendert Viervant, stadsarchitect en ontwerper van de ovale zaal in het Teylers Museum.
De dagelijkse eetkamer, gelegen naast de erkerzaal, was één van de privé-vertrekken op de bel-etage maar kon bij grote ontvangsten gebruikt worden. Deze kamer bewaart een Italiaanse witmarmeren schouw, gesneden lijstwerk, stucplafond en schilderstukjes van Adriaan de Lelie. Op de wanden is lamellenbehang teruggebracht naar aanleiding van een vondst in een van de wandkasten.
In het onderhuis waren de belangrijkste dienstvertrekken gesitueerd. Het bevatte onder andere de keuken met originele schouw, de kamer met bedstede van de kok en het kantoor met kluis van Philip Barnaart.
Museumhuis
Huis Barnaart is opengesteld als Museumhuis. Je kunt het huis bezoeken en zelf ervaren alsof je één van de bewoners bent. Je mag alle kasten en deuren openen en plaats nemen op het meubilair. Ervaar hoe de familie woonde en leefde en adellijke gasten ontving. Stap de imposante Empire uit 1804 binnen. Informatie over openingstijden en tickets vind je op Huis Barnaart | Museumhuizen.
Voor meer informatie zie Huizen in Nederland, deel V De 19de en 20ste eeuw, pp. 217-231. Zie ook Jaarverslag Vereniging Hendrick de Keyser 84 (2002), pp. 37-71, Jaarverslag Vereniging Hendrick de Keyser 87 (2005), pp. 30-43, Jaarverslag Vereniging Hendrick de Keyser 97 (2015), pp. 26 en Jaarverslag Vereniging Hendrick de Keyser 99 (2017), pp. 22 en 29.