Huis Van Brienen
Herengracht 284, 1016 BX Amsterdam, Noord-Holland
Bekijk op kaartIn 1614 kocht Hans van Wely, hofjuwelier van prins Maurits, een stuk grond aan de nieuw gegraven Herengracht. Zijn weduwe bouwde daar in 1620 bij wijze van geldbelegging twee identieke huizen, bestemd voor de verhuur. In 1728 kwam het linkerhuis, nu Herengracht 284, in handen van David Rutgers en zijn zusters Hillegonda en Margaretha. Zij lieten het eenvoudige pand met trapgevel verbouwen tot een patriciërswoning in Lodewijk XIV-stijl. Grote delen van het huis en interieur stammen nog uit deze tijd. Het huis kreeg een groot achterhuis, een binnenplaats naast een monumentaal trappenhuis en een fraai tuinhuis.
Het huis heeft een zandstenen gevel uit omstreeks 1728, gedecoreerd met gebeeldhouwde acanthusbladeren, bloemmotieven en C-vormige voluten. Deze verfijnde ornamentiek komt ook voor in het houtsnijwerk en het stucwerk in het interieur. De grote zaal in het achterhuis is voorzien van uitzonderlijke beschilderde behangsels van Dirk Dalens III en een plafondstuk door Anthonie Elliger. Naast de voorname ontvangstvertrekken zijn ook de oude keuken, de opslagkelders, de knechtenkamer en de tuinkamer met fraaie buffetkast bewaard gebleven. Deze geven een beeld van het wonen aan de gracht in de 18de en 19de eeuw.
Een kleinere renovatie, in Lodewijk XVI-stijl, vond plaats na 1781 toen het huis gekocht werd door de koopman Arnoldus Johannes van Brienen. De laatste particuliere bewoonster van het huis was Angélique van Brienen, prinses d'Henin. Zij woonde in Parijs en gebruikte het huis als haar Amsterdamse pied-a-terre. In 1933 schonk haar zoon het huis met een gedeelte van het meubilair aan Vereniging Hendrick de Keyser.
Voor meer informatie zie Huizen in Nederland, deel II Amsterdam, pp. 261-269. Zie ook Jaarverslag Vereniging Hendrick de Keyser 77 (1995), pp. 27-51 en Jaarverslag Vereniging Hendrick de Keyser 79 (1997), pp. 11-18.