Willem van Tijen
Architect Willem van Tijen, iets jonger dan zijn tijdgenoten Rietveld, Duiker en Van Ravesteyn, had een avontuurlijke opleidingstijd. Hij reisde onder andere naar Rusland, werkte in de mijnbouw en de irrigatie, op Sumatra en in Amerika, en studeerde civiele techniek in Bandung op Java.
Een ernstige vorm van kinderverlamming dwong hem tot terugkeer naar Nederland, waar hij zich eind jaren twintig verdiepte in het vraagstuk van de volkshuisvesting en zich aansloot bij het Nieuwe Bouwen, de moderne beweging in de architectuur. Dit was het begin van een loopbaan die uitmondde in een bloeiende architectenpraktijk.
Van Tijen, die nooit een bouwkundige opleiding had genoten, werkte aanvankelijk steeds in wisselende combinaties met andere architecten van het Nieuwe Bouwen, waaronder J.H. van den Broek en L.C. van der Vlugt. Met Van der Vlugt bouwde hij in 1933 de beroemde Bergpolderflat in Rotterdam, één van de eerste hoogbouwprojecten van ons land. De flat werd opgebouwd uit een staalskelet waaraan geprefabriceerde elementen, als balkons, galerijen en trappen, waren gemonteerd.
Tussen 1937 en 1954 associeerde Van Tijen zich met architect H.A. Maaskant. Zo werkte hij na de oorlog met Maaskant aan het enorme woongebouw Zuidplein in Rotterdam, aan het beroemde Rotterdamse Groothandelsgebouw en aan het Nationaal Luchtvaartlaboratorium in Amsterdam. Het grote naoorlogse oeuvre van Van Tijen omvat vele grootschalige woningbouwprojecten, onder andere in Rotterdam, Delft en Vlaardingen.
Een enkele keer bouwde hij in opdracht van een particulier een villa of een buitenhuis. In deze categorie past de ‘bungalow' voor de familie Van Raalte in Hillegersberg uit 1961, dat in vrijwel de authentieke staat bewaard is gebleven. Het is een gaaf voorbeeld van het moderne wonen in de jaren zestig.
Karakteristieke elementen van het huis zijn de platte vorm, de overstekende daken, het metselwerk in witte steen, de grote glaspuien met stalen ramen in houten kozijnen, en de open plattegrond met wisselende vloerniveaus.