Schaven, schuren, knippen en stikken: ook het interieur van Huis Jan de Jong is onder handen genomen
Het huis van architect Jan de Jong is bijzonder. Ook het interieur heeft hij tot in het kleinste detail uitgedacht. Zo is in het huis één van de grootste collecties Bossche School-meubelen te vinden. Nog allemaal op hun originele plek: van lamp tot deurklink, van tekentafel tot banken. 350 meubelstukken, speciaal ontworpen door Jan de Jong voor zijn huis in Schaijk.
Afgelopen tijd heeft een team van specialisten zich ontfermd over deze collectie, zodat ook het interieur van Huis Jan de Jong kan worden blijven gebruikt.
Meubelrestaurateur Jurjen Creman van Atelier Creman zit zo'n 40 jaar in het vak en beschrijft zijn eerste ontmoeting met Huis Jan de Jong als 'een bijzondere openbaring'. We stelden hem een aantal vragen.
Wat was het uitgangspunt voor de restauratie van de meubels?
"In mijn restauraties probeer ik minimaal in te grijpen en zoveel mogelijk oorspronkelijke materiaal te behouden. Bij de meubelen van Jan de Jong hebben we veel van de gebruikssporen geaccepteerd, maar we hebben ingegrepen bij delen die door toekomstig gebruik kunnen beschadigen. Zo hebben we bijvoorbeeld losse spaanders hout verlijmd en grote gaten opgevuld om verder materiaalverlies tegen te gaan. Ook hebben alle meubelen op de begane grond kunststof glijdoppen gekregen, zodat ze niet verder slijten door het schuiven op de betonnen vloer."
Hebben jullie interessante vondsten gedaan tijdens de restauratie?
"De sobere meubelen van Jan de Jong spreken mij erg aan. Basic, maar goed te gebruiken. Een nadeel is dat de planken niet aansluiten, er zitten dus kieren tussen, waardoor er spullen doorheen kunnen vallen. Ook in de open handvatten aan de zijkanten van tafels kunnen allerlei zaken verdwijnen. We vonden paperclips, puzzelstukjes, wasknijpers, heel veel dennennaalden en kastanjes. Toen we de naaitafel van mevrouw de Jong op zijn kop neerzette regende het spelden en naalden!
De afwerklagen op de meubelen zijn bijzonder. Een groot aantal meubelen heeft nu een soort grijsgroene afwerking, maar eigenlijk is dit een verbleekte laag. Op sommige plekken, die weinig licht hebben gezien, is de originele afwerking van kleuradviseur Wim van Hoof nog zichtbaar: een paarse (mauve-kleurige) ondergrond met daaroverheen een heldergroene lazuur. Dit roept de vraag op of in de tijd dat Jan de Jong hier woonde en werkte de meubels een andere nuance gehad, dan de grijsgroene die wij nu zien. De tekenkist achterin een donkeren hoek van de studio is een goed bewaard voorbeeld. Op deze plek heeft licht weinig invloed gekregen op de afwerklaag en is de heldergroene kleur nog duidelijk te zien."
Jan de Jong ontwierp bíjna alles in zijn huis. Bijna. Het textiel niet en dat kon anno 2024 ook wel weer wat liefde gebruiken. Textielrestaurator Marijke de Bruijne van De Bruijne Textielrestauratie ging ermee aan de slag.
Wat was je eerste indruk van Huis Jan de Jong?
"Dat was op 20 december vorig jaar, het was een sombere, winterse dag. In het huis was het erg koud en donker... Mooi en eenvoudig, met gebruik van pure, natuurlijke materialen. Het is minimalistisch en toch warm. Ik vond de sfeer rustig en sereen, maar ook wel streng en gesloten."
Textiel is het enige dat Jan de Jong niet zelf heeft ontworpen in het huis, wat denk je dat zijn gedachtegang is geweest bij het kiezen van het textiel?
"Ik zie dat hij heeft gekozen voor pure, natuurlijke materialen zoals wol, katoen en bastvezels. Hij had duidelijk een voorkeur voor rustige, natuurlijke kleuren en weefsels met mooie levendige structuren. De overgordijnen zijn geweven door Weverij De Ploeg, dat was de logische keuze in die tijd, want die weverij stond voor kwaliteit en werkte nauw samen met de beste architecten en ontwerpers uit de tijd."
Wat is je aanpak geweest voor de textielrestauratie? En waar lagen de uitdagingen?
"In de eerste plaats was de hoeveelheid een uitdaging. Maar een andere uitdaging was dat bij zo'n minimalistische inrichting, waarbij maatverhoudingen, kleuren en structuren zo nauw steken, je weinig speelruimte hebt. Elke toevoeging of verandering die je doet, is te veel en kan afbreuk doen aan het oorspronkelijke plan en aan het geheel. Daarom wilde ik de restauratie ook zo minimalistisch mogelijk uitvoeren. Zo weinig mogelijk materiaal toevoegen, zoveel mogelijk laten zoals het is.
De behandeling bestond daardoor uit zaken die noodzakelijk waren voor het behoud, zoals het vastzetten van losse zomen of het lokaal ondersteunen van gaten en scheuren om te voorkomen dat dit tot grotere schade leidt. Ook visueel storende zaken werden behandeld, zoals het verwijderen van kreukels en vouwen.
Soms werden eenvoudige oplossingen gekozen, die pasten bij de zuinige omgang met spullen die gangbaar was bij de bewoners van het huis. De overgordijnen van de woonkamer waren soms erg gesleten of zelfs doorgesleten op de plaats waar deze jarenlang open en dicht werden getrokken. De meest gesleten gordijnen werden omgewisseld, waardoor de gesleten delen nu in de hoek hangen. Dat ziet er mooier uit en is bovendien beter voor het behoud van de gordijnen, omdat de zwakste delen nu op een minder kwetsbare plek hangen."