Icon search Icon Facebook Icon Instagram Icon Twitter Icon Play ANBI icon-checkbox Vriendenloterij Bijzondere-locaties Bijzondere-locaties Monument-en-Bed Monument-en-Bed Museumhuizen icon-huren-nav Museumhuizen Hendrickdekeyser Hendrickdekeyser icon-maps icon-left icon-right icon-close icon-phone-call icon-email icon-kamers icon-lijst icon-perceeloppervlak icon-plattegrond icon-woonoppervlak icon-checkmark icon-buitenruimte icon-cart icon-remove icon-quote icon-calendar icon-guests
nieuws
23 juli 2021

Apothekers op de Achterburgwal

Zijgevel aan het Walenpleintje OZAB 155
De ontdekte letters op de zijgevel aan het Walenpleintje

Soms worden er bij regulier onderhoud aan huizen van ‘Hendrick de Keyser’ op het eerste gezicht relatief onschuldige vondsten gedaan. Verspringend metselwerk, delen van een deurkozijn of restanten van oud schilderwerk. Stuk voor stuk zijn het sporen van het verleden van een huis. Een vondst kan soms echter ook aanleiding zijn voor nieuw onderzoek naar een pand dat al langer in het bezit is en waarvan werd aangenomen dat de geschiedenis al goed in beeld was. Recent werden op de zijgevel van Oudezijds Achterburgwal 155 in Amsterdam restanten van een historische gevelbelettering gevonden, die zo onbedoeld leidden tot de herontdekking van bijna drie eeuwen van een bijzonder medisch verleden.

Oudezijds Achterburgwal 155 is onderdeel van een blokje van drie huizen achter één unieke monumentale zeventiende-eeuwse gevel. Het geheel werd in 1644 gebouwd in opdracht van de Waalse Hervormde Gemeente, die op het naastgelegen plein kerk hield in de oude kapel van het Sint-Paulusklooster. De drie huizen dienden lange tijd als belegging voor de verhuur, werden gefaseerd na 1770 los van elkaar verkocht en leidden vervolgens een eigen leven. Het monumentale karakter van het geheel ging daardoor enigszins verloren; de stoepen voor de huizen werden in de loop der tijd afgebroken, onderpuien werden vervangen en een gemeenschappelijk fronton op de kroonlijst werd verwijderd. De nummers 151 en 153 kwamen in 1956 in het bezit van ‘Hendrick de Keyser’, nummer 155 pas in 1984. In Huizen in Nederland wordt aandacht besteed aan het geheel, maar de illustere geschiedenis van het rechterhuis op nummer 155 was tot voor kort grotendeels onbekend.

Hendrik Keun - Oudezijds Achterburgwal met Waalse Kerk, ca 1758-1787 (Amsterdam Museum)
Hendrik Keun - Oudezijds Achterburgwal met Waalse Kerk, ca. 1758-1787 (Amsterdam Museum) - Links het pand Oudezijds Achterburgwal 155 met de apotheek

Bij een schilderbeurt werd op de gestucte zijgevel aan het Walenpleintje, onder verschillende verflagen, boven een deur het woord ‘wachtkamer’ gevonden. Gevelbelettering kwam met name in de tweede helft van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw veel voor en de ouderdom van de letters moet daarom waarschijnlijk ook in deze periode worden gezocht. De vraag was echter: wachtkamer van wat? Voor zover bekend was dit pand in het verleden een woonhuis en later kantoor. Achter de deur bevindt zich nu de toegang tot de appartementen op de bovenverdiepingen, maar deze is hier pas recentelijk gemaakt. Was het een wachtkamer van de naastgelegen Waalse Kerk? Een wachtkamer van een bedrijf? Een zoektocht in de historische krantendatabank bleek het antwoord te bieden. Het Algemeen Handelsblad van 16 februari 1876 meldt ons dat ‘Op den O.Z. Achterburgwal bij het Walenpleintje is sedert eenige weken de nieuwe Diaconie-Apotheek der Nederduitsch Hervormde gemeente geopend’. De apotheek was bedoeld voor de armen van de diaconie en bevatte naast ‘een alleszins doelmatige apotheek’, ook ‘eene wachtkamer, waar de armen kunnen wachten op de bereiding en aflevering der geneesmiddelen’! De Nederduitsch Hervormde Gemeente was de opvolger van de Waalse Hervormde Gemeente. Zij kochten het huis in 1875 ten behoeve van hun ziekenfonds. Na een kleine verbouwing opende hier in februari 1876 een apotheek. Nog diezelfde maand nam de uit Hoorn afkomstige apotheker Laurens Brons Boldingh intrek in het huis met zijn echtgenote en een dienstbode. Lang heeft de apotheek niet bestaan, omstreeks 1900 komt deze al niet meer in de archieven voor.

Dat op Oudezijds Achterburgwal 155 in 1876 een apotheek werd gevestigd, was niet geheel toevallig. Al sinds het midden van de achttiende eeuw blijkt hier een apotheek gevestigd te zijn geweest! Eerst huurde de apotheker Jos Vergenolt het pand van de Waalse Hervormde Gemeente, in 1770 werd het gekocht door de apotheker Jean Olivier en zijn echtgenote Susanna Breteau. Zij waren afkomstig uit gezinnen van Franse hugenoten en zeventien jaar eerder in de Waalse Kerk naast het huis getrouwd. Samen hadden zij in het huis ‘De Liefde’ in de Koestraat gewoond, nu verhuisden zij naar het grotere huis op de Oudezijds Achterburgwal. In 1777 vroeg Jean een hypotheek aan op het pand, dat waarschijnlijk daarna in zijn opdracht is verbouwd. De stoep voor het huis werd verwijderd en de ingang naar straatniveau verlegd, waar een nieuwe apothekerswinkel kwam. Hoe deze apotheek eruit zag, is vastgelegd op een schilderij van het Walenpleintje van de Haarlemse schilder Hendrik Keun (1738-1787). Op dit fantastische werk zien we niet alleen enkele kerkgangers, maar ook het huis van Jean en Susanna met de nieuwe apothekerswinkel, waarvoor een man (misschien Jean zelf?) iets staat te verhitten op een stoof. Door de openstaande voordeur zijn enkele apothekerskasten te zien.

Het Walenpleintje, met links Oudezijds Achterburgwal 155 op een ets van Cornelis Pronk, 1736 (Stadsarchief Amsterdam)
Het Walenpleintje, met links Oudezijds Achterburgwal 155 op een ets van Cornelis Pronk, 1736 (Stadsarchief Amsterdam)

Jean Olivier overleed in 1799, zijn weduwe in 1801. Na haar overlijden is een boedelinventaris van het huis en de apothekerswinkel opgesteld, waardoor we een bijzonder kijkje krijgen in een achttiende-eeuwse apotheek. We vinden er verschillende kasten met dozen met gom, een grote hoeveelheid potten met specerijen als kaneel, tamarinde, anijs, laurier en kamille, potten met zalf, flesjes met ‘tinctuur’ (een alcoholische oplossing waarin kruiden konden worden bewaard) en een enorme hoeveelheid flessen met absint. In de apotheek stonden verder een grote toonbank, een marmeren mortier, een koperen destilleerketel, een winkeltrap en lessenaar en – een modieus instrument op dat moment – een ‘boerhaviansche stoof’. Deze stoof werd waarschijnlijk gebruikt om substanties in te verhitten en te scheiden, wellicht is dit wat wordt afgebeeld op het schilderij van Keun?

Na het overlijden van Susanna Breteau verkocht hun dochter het huis aan de in Enkhuizen wonende Hendrik Stoffels. Waarschijnlijk werd het huis door hem verhuurd, in verkoopadvertenties in de kranten valt te lezen dat de ‘Apothecars Winkel […] nog gecontinueerd word’. Later in de negentiende eeuw vinden we er bijvoorbeeld Emanuel de Vries, ‘chirurgien en accoucheur’ die elke dag tussen 12 en 2 spreekuur hield voor ‘Lijders aan Huidziekten’. Kort daarop ontstond de Hervormde Diaconie-Apotheek, die door de bijna honderdvijftig jaar later herontdekte letterbeschildering de interesse wekte en zo aanleiding gaf tot een kort onderzoekje naar de bijzondere geschiedenis van bijna drie eeuwen apothekers op de Oudezijds Achterburgwal.