Vml. redershuis

Het ‘redershuis' ligt aan de westzijde van de haven. Eeuwenlang woonden hier deftige redersfamilies. Hun schepen gingen voor het grootste deel ter haringvaart. Westhavenkade 45 vormde het middelpunt van een groot bedrijf met een kuiperij, een zoutkeet en pakhuizen. Het erf liep over een lengte van circa 90 meter (!) door, terwijl het woonhuis geflankeerd werd door bijbehorende pakhuizen. 

Bij een veiling in 1928 werd het complex in delen verkocht. Bij die gelegenheid is in het buurpand een doorgang gemaakt, die in de huidige toestand nog steeds bij Westhavenkade 45 hoort. De gemeente Vlaardingen kocht het huis in 1960 en verbouwde het tot Visserijmuseum. In 1998 droeg de gemeente het pand over aan Hendrick de Keyser. Tegenwoordig is er het Muziek informatie- en documentatiecentrum gevestigd.

Ondanks wijzigingen in later tijd, weet het huis nog steeds een beeld op te roepen van een 18de-eeuws handelshuis, dat karakteristiek is voor de zeehavens aan de Nieuwe Maas. De bedrijfsgang naast het huis geeft toegang tot een losplaats met een pakhuis, waar men als het ware de geur van gekookte teer en natte touwen nog op kan snuiven. Van 1718 tot 1812 werd het huis bewoond door de redersfamilies Polderman en Brouwer. Meer dan 100 jaar lang was het vervolgens woonhuis van de families Van Harwegen en Breems. 

Ook in het interieur zijn verschillende bouwfasen te onderscheiden. De hal en voorkamer zijn voorzien van een laat 18de-eeuwse betimmering in Lodewijk XVI-stijl. De hangschouw in Rococo-stijl is ouder en dateert uit het midden van 18de eeuw. Zeer bijzonder is de binnenpui tussen de hal en het trappenhuis, in Lodewijk XVI-stijl. Deze is geleed door middel van pilasters waarop in snijwerk de vier seizoenen zijn afgebeeld. In het snijraam boven de dubbele deur is een penduleklok opgenomen.

Voor meer informatie zie Jaarverslag Vereniging Hendrick de Keyser 80 (1998), pp. 12-15.

De bouwgeschiedenis van het huis is niet eenvoudig. Het werd gebouwd als een ‘dijkhuis,' wat wil zeggen dat de kelder aan de voorzijde in de dijk is ingegraven, terwijl het aan de achterzijde uitkomt op tuinniveau. Zowel in de gevel als het inwendige zijn elementen aan te wijzen uit verschillende stijlperioden. De kern gaat terug tot de 17de eeuw. In het midden van de 18de eeuw, omstreeks 1750, kreeg het huis in opdracht van de reder Laurens Polderman een nieuwe voorgevel. Deze heeft een hardstenen plint met een versiering in Rococo (of Lodewijk XV) stijl. In het midden van de 19de eeuw moet de gevel zijn versoberd. Uit die periode dateren de kroonlijst en de omlijsting van de ingang.