Vml. raadhuis en waag
Henric de Cranestraat 38, 8374 KP Kuinre, Overijssel
Bekijk op kaartKuinre was in de 17de en 18de eeuw een heerlijkheid met zelfbestuur. Dit bestuur bestond uit een schout, drie burgemeesters en een raad van zestien leden. In deze tijd was Kuinre welvarend door de export van turf en zuivelproducten uit het Friese weidegebied.
De bloei van de boterhandel zorgde ervoor dat men in 1776 een nieuwe waag annex raadhuis bouwde. Uit de bewaard gebleven bouwrekeningen blijkt dat men eerst van plan was tot ‘Ripperraatsie van de ouwe Waage tot Cuynre'. Maar in 1775 wordt besloten tot de bouw van een nieuwe waag en afbraak van de oude. Voor het ontwerp werd de stadsarchitect van Kampen, Jan ten Holt (of Ten Houte) aangetrokken. In het voorjaar van 1776 werd met de bouw begonnen.
De bloei van Kuinre hield aan tot in de eerste helft van de 19de eeuw. In 1886 werd het laatste botervaatje aan de waag verkocht, de verkoop geschiedde voortaan in de boterfabriek. Het raadhuis bleef in gebruik bij het gemeentebestuur tot 1973 toen de zelfstandige gemeente Kuinre werd opgeheven. Vier jaar later werd het gebouw overgedragen aan de Vereniging. Tijdens een restauratie in 1981 werd het gebouw geschikt gemaakt voor bewoning.
De waag was een grote ruimte, welke deuren aan de voor- en achterzijde had zodat het zowel vanaf de weg als vanaf het water kon worden betreden. De gevelsteen met bouwjaar en gemeentewapen in het voorportaal, bevond zich vroeger in de voorgevel boven de ingang. De verdieping bevat de raadzaal, de burgemeesterskamer en het trapportaal. De wanden zijn betimmerd met eenvoudig lijstwerk in Lodewijk XV-stijl.
Voor meer informatie zie Huizen in Nederland, deel IV Utrecht, Noord-Brabant en de oostelijke provincies, pp. 216-222.