Achter de Molens 26

In het midden van de 17de eeuw werden deze huizen gebouwd tegen de 13de-eeuwse stadsmuur. Al vanaf de 14de eeuw was deze eerste stadsmuur buiten gebruik. De Grote Looierstraat, die in het verlengde ligt van Achter de Molens, vormde in die tijd een hoofdstraat van Maastricht. Hier stonden veel grote en belangrijke huizen. Het huis Looierstraat 4-6 had een erf dat tot achter de huisjes aan Achter de Molens strekte. De poort die zich in de gevel van Achter de Molens bevindt, was de toegang en mogelijk koetspoort naar het achtererf van dit grote huis. 

De muurhuizen zijn gebouwd als dwarshuizen onder één doorlopend zadeldak. De breedte van de huisjes correspondeert met de verdeling van de zware steunberen van de oude stadsmuur. In het hele blok zijn balklagen met moer- en kinderbinten aanwezig. Beneden en op de eerste verdieping zijn de plafonds op een typisch Maastrichtse manier afgewerkt, namelijk als 'gespelderde' plafonds met gestucte troggewelfjes tussen de kinderbinten. 
De voorgevel is gebouwd op de Maaslandse bouwwijze, in baksteen, doorsneden met banden en blokken van natuursteen. De gevel wordt afgesloten met een rijk gedecoreerde kroonlijst. In de 18de eeuw werden de ramen vergroot en kreeg de gevel een pleisterlaag. 

 

Tijdens de restauratie in 2011 kwam naar voren dat de gevel door de eeuwen heen verschillende kleuren heeft gekend, van rood naar grijs, verschillende geeltinten en wit. De 18de-eeuwse kleuren zijn terug gebracht, te weten, een roomgele basiskleur met natuursteengrijze raam- en deuromlijstingen en olijfgroene deuren. 

Voor meer informatie zie Huizen in Nederland, deel IV Utrecht, Noord-Brabant en de oostelijke provincies, pp. 411-413.